Als ‘gezicht van de Nederlandse ‘nee’-beweging’ koos Geert Wilders Leidschendam uit voor de eindsprint van zijn campagne tegen de Europese grondwet. Even kwam de wereldpers samen bij de markt bij winkelcentrum Leidsenhage. ‘Denkt hij dat hij Brad Pitt is of zo?’, klonk het. Ook: ‘Hij is geen nagemaakte.’
Als politicus Geert Wilders uit zijn gepantserde BMW stapt, staan er meteen vier brede mannen klaar strak in pak en met ‘oortjes’ in. Ze gaan met hun rug tegen hem aan staan. Onverstoorbaar kijken ze om zich heen, als een horde journalisten zich op het onafhankelijke Kamerlid stort voor de ingang van McDonald’s bij winkelcentrum Leidsenhage.
Cameramensen drukken camera’s in Wilders’ gezicht. Verslaggevers schreeuwen om aandacht. Schrijvende journalisten krabbelen driftig mee met de antwoorden op vragen die ze zelf niet hebben gesteld. “Meneer Wilders, wat is uw boodschap voor Brussel wanneer Nederland ‘nee’ stemt”, klinkt het in het Engels met een Duits accent.
Achter de camera’s en de schrijvende pers staan mannen met microfoonstokken. Ze hopen iets van de Limburgse woordengolf op te vangen. Dan is er nog een laatste ring, die bestaat uit de journalisten en cameramannen die graag vooraan hadden gestaan, maar voor wie geen plek was. Zij wachten tot Wilders begint te lopen waardoor ze een nieuwe kans hebben om oog in oog te komen met de ‘blonde Messias’, zoals een vrouw hem noemt.
Ze bekijkt het tafereel met andere bezoekers van het winkelcentrum. Veelal zijn ze beduusd van de heisa die het onaangekondigde bezoek van het bedreigde Tweede-Kamerlid oplevert. Tussen hen in staan nog acht ‘normale’ agenten.
Wilders wil in Leidsenhage biljetten van 180 euro uitdelen met als boodschap: ‘Nederland betaalt het meest, maar krijgt steeds minder te zeggen’. Hij krijgt nauwelijks een kans om ze daadwerkelijk uit te delen met alle journalisten om zich heen. “Hij is toch het gezicht van de Nederlandse neebeweging”, verklaart een Ierse journalist de aanwezigheid van de wereldpers.
Na twintig minuten besluit Wilders om een poging te doen om de bezoekers van het winkelcentrum te woord te staan. Hij zet koers richting markt. De hele kluwen komt in beweging: cameramannen lopen voor hem uit. Ze lopen, soms behendig, soms struikelend, achteruit. De rest loopt achter de voormalige VVD’er aan, almaar vragen stellend, nog steeds microfoons in zijn gezicht drukkend. Het zijn steeds dezelfde vragen, maar het lijkt Wilders niet te deren. Hij geeft kalm antwoord, terwijl hij om zich kijkt en glimlacht tegen het winkelend publiek alsof hij tijdens een wandelingetje in het park steeds bekenden tegenkomt.
Dan roept een man: “Hé Geert, hé Geert.” Wilders stapt op hem af en de hele stoet zwenkt met hem mee. “Gaat u voor of tegen stemmen?”, vraagt Wilders terwijl hij hem een flyer in zijn handen drukt. “Tegen natuurlijk”, straalt de man in de camera’s, waarop Wilders vriendelijk glimlacht en weer verder loopt. “Hij is echt, geen nagemaakte”, vertrouwt de man de microfoons toe.
Soortgelijke taferelen herhalen zich een aantal keer. Zo wil een vrouw met hem op de foto en vraagt een man een handtekening. Hier en daar schudden mensen minzaam met hun hoofd. “Wie denkt hij dat hij is? Brad Pitt? Zelfs de koningin wordt niet zo bewaakt”, klinkt het spottend.
Na ongeveer een uur is Wilders klaar met zijn rondje. Voordat hij weer in zijn auto stapt, gaat hij nog even met twee giechelende tienermeisjes op de foto. Tijdens zijn hele bezoek aan Leidschendam heeft hij hooguit vijftien flyers uitgedeeld. “Ach ja, het is ook meer een media-event”, verklaart een campagnemedewerker het minimale contact met de Leidschendammers.
En weg is Wilders, Leidschendam confuus achterlatend. Hij kwam, werd geïnterviewd, veroorzaakte een chaos en verdween. “Wie was toch die man?”, vraagt een vrouw aan haar man. “Geert Wilders. Net zo’n type als Pim Fortuyn”, antwoordt hij. “O”, reageert ze. Dan schuifelen ze naar de kraampjes van de markt. Boodschappen doen.