Vluchtelingenkamp als bron voor innovatie
RUBRIEK: FD Outlook

De gemiddelde verblijfsduur in het Za’atari vluchtelingenkamp in Jordanië is 17 jaar. De meeste mensen verblijven in tenten die na enkele maanden uit elkaar brokkelen. Dat biedt, op z’n zachtst gezegd, ruimte voor verbetering.

En dit is nog maar één van de vele kampen op de wereld.

De ontwerpers van Small Works hebben een metalen constructie bedacht met holle wanden die gevuld kunnen worden met steentjes en zand. De daken worden voorzien van zonnepanelen. Het is koel als het buiten bloedheet is en biedt bescherming bij extreme sneeuwstormen.

Je hebt geen technische achtergrond of specifieke kennis nodig om een huis of school te bouwen van dit materiaal. En een groot deel van de grondstoffen (zand dus) is vaak in grote voorraden aanwezig. Dus de toekomstige bewoner kan zélf aan de slag.

Ondertussen heeft ook de Ikea Foundation een doe-het-zelf-huis voor vluchtelingen ontworpen. Het materiaal is licht en goedkoop en makkelijk te assembleren. De stichting heeft al 3,5 miljoen euro in het ontwerp geïnvesteerd.

Zo’n Ikea-hut kost nu nog 10.000 euro, bij massaproductie zakt te prijs naar 1.000 euro. Dat is nog altijd duurder dan een ouderwetse tent, maar volgens Ikea gaat hun huisvesting tien keer langer mee.

De innovaties zijn natuurlijk lang niet altijd bottom up. Ook de vluchtelingen zélf worden handiger naarmate hun tijdelijke onderkomen permanenter wordt. Er worden voertuigen gemaakt van hout in Uganda. In een Congolees kamp is een radiostation opgetuigd uit oude apparaten. En een speciaal soort maandverband, gemaakt van papier en aanvankelijk bedacht in een vluchtelingenkamp, wordt inmiddels overál in Afrika gemaakt en gebruikt.

Uiteindelijk ontstaan er vaak complete winkels, huizen met meerdere verdiepingen en heuse economieën. Natuurlijk, de noodzaak om überhaupt te vluchten wegnemen, zou de échte innovatie zijn. Maar dat blijkt het lastigst in de praktijk.

Dit stukje verscheen in het septembernummer van FD Outlook

RUBRIEK: FD Outlook